Dit verhaal over kansarmoede, geschreven in het kader van Welzijnszorg, kreeg een voorwoord van de vorige minister van Gelijke Kansen en een nawoord van de Kinderrechtencommissaris. Een boek met een duidelijke missie en dat zag ik niet direct als een leesuitnodiging. Maar die reserves heb ik vlug laten varen.
Centraal in dit verhaal staat Sandy, een derdejaars BSO-leerling. Eigenlijk is ze een verstandige meid met aanleg voor tekenen en schilderen, zodat ze volgens de leerkracht plastische opvoeding beter naar een kunstrichting zou overstappen. Maar de rampzalige en stuurloze toestand thuis laat zo'n kans niet toe. Er is daar een werkloze vader, een moeder die het grote gezin van zes kinderen absoluut niet aankan, het geld van het begin van de maand dat naar drank en totaal verkeerde dingen uit catalogi gaat, een dementerende vava die omwille van zijn pensioentje bij hen woont... Sandy blijkt daar de enige met rijpheid en normaal gedrag die met realisme het extreme struisvogelg…
Lees verder
Dit verhaal over kansarmoede, geschreven in het kader van Welzijnszorg, kreeg een voorwoord van de vorige minister van Gelijke Kansen en een nawoord van de Kinderrechtencommissaris. Een boek met een duidelijke missie en dat zag ik niet direct als een leesuitnodiging. Maar die reserves heb ik vlug laten varen.
Centraal in dit verhaal staat Sandy, een derdejaars BSO-leerling. Eigenlijk is ze een verstandige meid met aanleg voor tekenen en schilderen, zodat ze volgens de leerkracht plastische opvoeding beter naar een kunstrichting zou overstappen. Maar de rampzalige en stuurloze toestand thuis laat zo'n kans niet toe. Er is daar een werkloze vader, een moeder die het grote gezin van zes kinderen absoluut niet aankan, het geld van het begin van de maand dat naar drank en totaal verkeerde dingen uit catalogi gaat, een dementerende vava die omwille van zijn pensioentje bij hen woont... Sandy blijkt daar de enige met rijpheid en normaal gedrag die met realisme het extreme struisvogelgedrag van haar ouders doorheeft. Door heel die toestand thuis voelt zij zich minderwaardig en haar molligheid vindt zij ook geen pluspunt. Toch blijkt een jongen uit een totaal ander milieu op haar verliefd te worden. De 17-jarige Alex kent haar aanvankelijk alleen van onderweg, maar in de bib gaan ze vaak samen praten. Het klikt goed tussen hen, al heeft ze zich als Sanne voorgesteld en verzwijgt ze haar echte situatie. Sandy beseft dat de enige kans om zichzelf te kunnen worden, ligt in het loskomen van thuis. Maar als haar eenzelvige en stotterende broer Kevin plots niet meer naar huis komt, verandert alles drastisch. Door cryptische aanwijzingen van vava kan een allochtone buurjongen hem nog op het nippertje redden. Voor Sandy is het duidelijk: haar verantwoordelijkheid ligt thuis en voor Alex is daar geen plaats, al kent hij intussen via anderen haar afkomst.
De inhoud, zeker de Romeo en Julia-inlassing, klinkt heel clichématig en is het ook, met niets dan sterke zwart-wittegenstellingen. Aan de ene kant zijn er hier de kansarme jongeren met vaak ypsilonnamen die alle mogelijke manieren zoeken om aan geld te geraken, schoolmoe zijn, stuurloze ouders hebben die slaan als ze dronken zijn en alleen verkrotte woningen met overal rotzooi kennen. Aan de andere kant staan de mooie, intelligente jongeren met begrijpende volwassenen in hun omgeving en in huizen wonen met bloemen op de muren.
Ook de tekening van enkele allochtone jongeren ontsnapt niet aan de verwachte clichés.
Waarom blijft het boek dan toch knagen? Het is de verwoording die in je ziel kerft. Meestal volg je de gebeurtenissen vanuit Sandy als ikverteller die zich voorstelt als: "Ik ben Sandy, een wit product. Van de melkboer afkomstig, zegt pa, als hij goedgezind is. In het begin van de maand dus". Sandy tekent de situatie thuis haarscherp. Af en toe is Alex de ikverteller of geeft een alwetende verteller impressies over Kevin. Een gekneusde elfjarige die zich isoleert van de buitenwereld en een fascinatie voor boten heeft en zo wil ontsnappen. "Hij is er bijna. Dan is alles voorbij. Dan kan hij eindelijk zijn waar hij moet zijn. Waar hij niet gezocht wordt. Waar hij gewoon niemand kan zijn. Niemand. Zodat geen mens zich nog druk maakt om hem".
De stijl is bedrieglijk eenvoudig: de korte zinnen zijn erg suggestief en leggen ongenadig scherp een schrijnende wereld bloot waarin langzaam schijnbaar onbelangrijke of nog niet duidelijke details een plaats krijgen.
In zekere zin blijft het einde uitzichtloos, al maakt Sandy eigenlijk een realistische keuze. Voor een stuk zal ze gevangen blijven in die situatie en niet als ei uit het slordig gemaakte nest breken. [Mai Van Loon]
Verberg tekst